De geschiedenis herhaalt zich
Opvallend, zo zijn de gelijkenissen met vroegere crisisperiodes. Zouden onze huidige regenten dan ook werkelijk niets hebben geleerd van de ervaringen uit het verleden? Een vraag die wij eigenlijk niet hardop mogen stellen maar een aantal zaken zijn overduidelijk. Onze kracht was toch het onder water zetten van landerijen met Willem van Oranje in de periode tegen de Spaanse overheersing. Ook later rond 1672 bracht het water ons redding. In de tijd van de Bataafse Republiek met de Franse heerschappij kwam 200 jaar geleden de Erfprins in Scheveningen aan land. Ook via het water kwam de verlosser aan wal. Het gaat uiteraard niet over de waterlinies alleen maar het water bracht wel de saamhorigheid, kracht, dadendrang en enthousiasme terug onder de bevolking.
We waren die Oranje-Nassaus zo zat dat de familie het land moest ontvluchten. Erfstadhouder Prins Willem V vertrok met de pink Johanna Hogenraad en zijn gezin van Scheveningen naar het Engelse Yarmouth. Vervolgens werd verder gereisd naar het langs de Theems gelegen Hampton-Court, vlak bij Londen. We schrijven rond 1795. De Bataafse Republiek werd uitgeroepen en een uiterst onstabiele politieke situatie ontstond waarbij de macht van Frankrijk zich flink uitbreidde.
Bijkans alles wat met Oranje of met de familie van de Stadhouder te maken had, werd na het vertrek van de Prins gezien als hoogverraad. Ververs in de lakenhandel mochten het oranje en blauw niet meer inkleuren. De Franse revolutie versnelde de overheersing aanzienlijk want de Zuidelijke Nederlanden waren al in Franse handen gevallen.
Al rond 1730 was er sprake van Regenten die de Oranjes in minachting brachten. Maar wat nog erger was, het volk werd uitgebuit door deze potentaten die de inwoners van de verdeelde gebieden volledig negeerden. Kansloos waren de hardwerkende burgers tegen de notabelen. Ook toèn extra belastingen en snoepreisjes voor de regenten. Maar zelfs de vrijheid van godsdienst werd beheerst door de bestuurders van het gespleten land. Willem Karel Hendrik Friso werd stadhouder en Willem IV genoemd maar hij was niet krachtig genoeg om het tij te keren.
Willem V werd in 1766 meerderjarig maar was ook niet de figuur die doortastend kon optreden. Zijn vrouw Prinses Frederika Sophia Wilhelmina van Pruisen echter wel. Getweeën was er opbouw van het land maar het was slechts van korte duur. De patriotten en de volgers van Voltaire en ja, Frankrijk was het helemaal. Alweer een zuiderlijk gelegen land wat ons voorspoed moest gaan brengen. De Stadhouder en zijn gemalin werden in alles tegengewerkt. Het patriottisme droop er vanaf en weg met de Oranjes. Het gezin ontvlucht ons land om vooral onnodig bloedvergieten te voorkomen en vrede te geven aan de onderdanen in welke vorm dan ook.
Het gevaar kwam nogmaals uit het zuiden en de herinnering aan de jaren 1572 tot 1579 met de geuzen die werden gesteund door de Vader des Vaderlands was bekend. Niet in het minst mag worden vergeten de broer van Willem van Oranje, Jan van Nassau die aan de basis stond van de Unie van Utrecht.
Ook de periode rond het rampjaar 1672 was onder de bevolking niet onbekend gebleven. Het water bracht opnieuw redding toen de jonge, maar uiterst gemotiveerde Stadhouder Willem III van Oranje het volk aanspoorde eensgezind weerbaar te zijn om de vijand Frankrijk te verslaan. Dat lukte maar kostte wel velen het leven in midden Holland.
Het stadhouderschap was rond het jaar 1800 onverenigbaar met het republikeinse gedachtegoed. De burgerij werd wakker vanwege het wangedrag van de bewindvoerders. Er waren in die tijd drie partijen. De Prinsgezinde Oranjepartij zonder voorman, de Democratische partij en de Staatsgezinde regentenpartij. Deze laatste twee waren tegen het Stadhouderschap. De Bataafse Republiek werd een feit en waarachtig een aantal elementaire zaken werden vastgelegd. De rechten van de mens, geen onderscheid van standen en er kwamen comités voor algemeen welzijn, oorlog en financiën. Belangrijk was ook dat de titels en waardigheid als Stadhouder, Generaal en Admiraal net als de Raad van State werden afgeschaft. Staats Limburg en Vlaanderen gingen over naar Frankrijk en in een traktaat werd vastgelegd dat de Fransen 100 miljoen gulden zouden ontvangen voor de oorlogsvoering. De Republiek moest tevens op haar kosten à 74 miljoen gulden ook nog de Franse troepen in het land gaan onderhouden. Vrijheid, gelijkheid en broederschap werden ingevoerd met wel heel vreemde besluiten die werden genomen door de Nationale Vergadering, de voormalige Staten-Generaal. Het volk stemde tegen een aantal plannen. Door te grote centralisatie werkte het niet met de heren Regenten uit het Haagse. Die waren onbekend met wat er speelde onder de bevolking op het platte land. Die bevolking die toch ook flink wat belastingen moest opbrengen.
Napoleon kwam in 1799 aan het hoofd van de regering in Frankrijk. De uitvoerende macht in de Bataafse Republiek was in handen van een Raadpensionaris en het werd stilzwijgend een monarchie. Frankrijk wilde steeds meer geld maar Raadpensionaris Schimmelpenninck laveerde flink tegen de wil van Napoleon in. Ons land zou geheel worden ingelijfd door Frankrijk als de broer van Napoleon, Lodewijk Napoleon hier geen Koning mocht spelen. Dat gebeurde maar ook die was het met een aantal zaken van broer Napoleon niet eens en kon vertrekken. Zodoende werd in 1810 het Koninkrijk ingelijfd bij Frankrijk.
De dienstplicht werd ingevoerd maar dat viel niet in goede aarde. Massale protesten alhoewel de welgestelde dienstplichtigen door loting aangewezen, veel geld betaalden om werkvolk hun plaats onder de wapenen te laten innemen. Denk ook niet dat de Cyprus-constructie die Europees schatbewaarder Jeroen Dijsselbloem begin 2013 introduceerde nieuw was. In 1811 werden bezitters van staatsleningen heel keurig bestolen en verviel 2/3 aan de staat.
De situatie werd steeds schrijnender, geen vrijheid van drukpers, schrijven en spreken. Uitsluitend na toetsing van het Franse Hof mocht er iets worden uitgegeven. De Franse taal werd de voertaal en de belastingen niet meer op te brengen door de bevolking.
De economie kwam geheel stil te leggen en afbraak van de in die tijd redelijke welvaart volgde. In Amsterdam leefde de helft van de inwoners van de bedeling. Het was afzien maar de nood bracht vriend en vijand bij elkaar en de roep om verlossing werd steeds krachtiger. De nationale eigenwaarde de stimulans om die verdeeldheid die was ontstaan te laten wegebben. De roep om de terugkomst van een krachtig leider die in Engeland verbleef werd steeds duidelijker. In het geheim werkten Gijsbert Karel van Hogendorp, Frans Adam van der Duyn van Maasdam en Leopold van Limburg Stirum aan de terugkomst van de Erfprins van Oranje. Na het stukgelopen offensief van Napoleon te Leipzig trokken de Fransen zich terug uit Holland.
Op 30 november 1813 landde de Prins van Oranje triomfantelijk op Scheveningen en werd de Eerste Koning der Nederlanden. Een gebied wat zich uitstrekte zoals nu de landsgrenzen van Nederland, België en Luxemburg zijn.
Samenwerking in Europa een goede zaak maar zeker niet ten koste van onze bezittingen die door hard werken zijn opgebouwd. Kijk vooral naar de noordelijke landen en het iets zuidelijk gelegen Wallonië. In die landen en gebieden wordt de economie gestimuleerd en heeft dit tastbaar effect. In Nederland willen de socialisten het geld uit de zakken kloppen van de bevolking terwijl de Calvinistische oer-Hollanders het allerliefste de petunia’s opsparen voor de slechte tijden die nu zijn aangebroken. Trouwens we moeten wel sparen om enig vorm van bezit op te bouwen.
Ordinaire hervormingen worden in hoofdzaak op de minst bedeelde bevolking verhaald terwijl de middenklasse inmiddels ook getroffen is door de regenten die aan de halsband van Europa meelopen. De upperclas blijft, net als onder Lodewijk XVI zo goed als buiten schot. Het zo triomfantelijk door onze voorouders opgebouwde sociale stelsel is geprivatiseerd en staat op omvallen. De verwachte marktwerking scoorde niet. Ieder voor zich en een graai en heers maatschappij bij de overheid en banken wat zeker voor de homogeniteit van een staat niet goed is. Sociale onrust volgt meestal op dit soort praktijken.
Enorme verspilling van gelden met mislukte ICT projecten, de Fyra V-250 treinen en de zak met geld naar landen waar de arbeidsomstandigheden niet zijn zoals de overheid die onze ziel vrijkoopt. We kozen er zelf voor om die kippenfarms en textielindustrie hier af te stoten en de werkloosheid loopt zienderogen sterk op in onze contreien. Zorgkosten onverantwoord hoog, armoede en voedselbanken, geen koopkracht en afbraak van het sociale stelsel en geen toekomst en werk voor onze jeugdigen.
De onrust is groeiende onder de bevolking en vraagt een andere aanpak maar het electoraat blijkt heilig te zijn.
De roep aan Regenten in het zachte pluche van de Tweede Kamer om plaats te maken voor partij-onafhankelijk zakelijk ingestelde politiek met het vizier op een economische evenwichtigheid vindt nu nog geen gehoor. Wellicht eerst nog meer gelden naar Europa en de zuidelijke staten laten verdwijnen. Spaargelden en pensioenen herwaarderen en vrolijk tegen de EU vertellen dat Nederland het braafste jongetje is van de klas. Een schouderklopje vanuit Brussel na het leegplunderen van onze Nationale Kas. De geschiedschrijving heeft er boekdelen over geschreven en de herhalingen zijn duidelijk verwoord. Uiteraard zijn de tijden anders maar in de kern herhalen zich de basisprincipes die al vanaf de mensheid duidelijk zijn. Het is echter jammer dat onze Regenten van nu er niets van hebben geleerd.
Juist de komst van de Oranjes deden de matheid van het volk altijd weer omslaan in enthousiasme en het oranje blanje blue van de Prinsenvlag was de drijfveer. Onze vorsten hebben allemaal het water als daadkrachtig strijdwapen tegen andere invloeden ingezet.
Onze Koning echter heeft nu geen uitvoerende macht meer in vergelijking met Koning Willem I die 200 jaar geleden de eerste soevereine vorst werd van onze monarchie.
Maar ook Koning Willem-Alexander heeft alles met water maar dan op een vredelievend vlak. Als primaire eerste gezonde levensbehoefte. Maar ook dit is strijd.